ZONDAG 22 JUNI

ORGELCONCERT

Op zondag 22 mei wordt er in de serie “Muziek in de Bonifatius” een orgelconcert gegeven door de dirigent/organist van de H.Bonifatiuskerk te Rijswijk: Gerard Legierse.

Hij zal de drie mechanische orgels, die de kerk rijk is, bespelen met werken uit verschillende stijl-perioden.

Op het Van Vulpen positief werken van Sweelinck en Händel en op het transeptorgel werken van de katholieke componisten: Albert de Klerk en Hendrik Andriessen

Op het hoofdorgel Van Kam en Van der Meulen werken van J.S.Bach o.a. de grote toccata in F,

van Elgar een bewerking van Nimrod uit de “Enigma variaties” voor orkest en de finale  uit de achtste symphonie van Charles Marie Widor.

Heel bijzonder is het postludium uit de Festliche Messe van de Tsjechische componist Leoš Janácek,

Een krachtig motorisch werk met een ostinaat thema.

Hetzelfde kan gezegd worden van de “Litanies” van Jehan Alain, de broer van de organiste Marie Claire Alain, waarmee het contrastrijke concert wordt afgesloten.

Een goede gelegenheid om de verschillende klankkleuren van de drie orgels te beluisteren!

Concert op de drie orgels.

Programma

Van Vulpen positief:

Ballo del granduca

J.P. Sweelinck

Alla breve 

G.F. Händel

Transept orgel:

Dialoog  

A. de Klerk

Thema met variaties

H. Andriessen

Hoofdorgel:

Toccata in F

J.S. Bach

Koraalvoorspel: 

J.S. Bach

Wer nur den lieben Gott

Lässt walten

Finale uit symphonie VIII

Ch.M. Widor

Nimrod

E. Elgar

Postludium  

L. Janácek

Choral dorien 

J. Alain

Litanies   

J. Alain

Programmatoelichting

Het orgelconcert vanmiddag vertoont vele contrasten, niet alleen wat orgels betreft maar ook in de gespeelde werken.

- Het variatiewerk van Sweelinck, Ballo del granduca, is een vrolijke dansvorm met vijf variaties die elk met verschillende registraties worden gespeeld.

- Dit werk wordt gevolgd door een licht alla breve met mooie sequensen die kenmerkend zijn voor de compositiestijl van Händel.

- Op het transeptorgel klinken Nederlandse composities, beginnend met een wat meer ingetogen  dialoog van Albert de Klerk, geregistreerd met de hobo van het tweede manuaal met aansluitend de

- `Thema met variaties` van Andriessen, met een stevige introductie waarna de variaties worden afgewisseld met grote akkoorden.

- Het werk sluit af met het `Tutti` van het transeptorgel.

- Op het hoofdorgel klinkt eerst de grote toccata in F van J.S.Bach. Het werk stamt uit de periode `Weimar` en begint met een strenge canon in f boven een orgelpunt. Dit is een lang aangehouden pedaalnoot waarna een pedaalsolo volgt en de herhaling hiervan in de dominant toonsoort C.

Hierna klinken prachtige akkoorden, sequensen en trio´s .

- Het orgelkoraal Wer nur de lieben Gott lässt walten heeft een omspeelde koraalmelodie met versieringen en trillers geregistreerd met de Sesquialter van het hoofdwerk.

- De finale uit de achtste symfonie van Charles Marie Widor is een monumentaal werk dat imponeert door zijn diversiteit van opbouw. Stevige thematieken en akkoordbrekingen met contrastrijke delen typeren dit werk dat uiteindelijk uitbarst in een majestueuze finale.

- Nimrod is een deel uit de Enigma-variaties voor orkest van Edvard Elgar. Hij droeg het stuk op aan zijn vrienden die er in geschetst worden. Het werk begint en eindigt met zachte “strijkende “ registers. Het romantische thema herhaalt verschillende keren en leidt tot een climax om in een uiterst pianissimo te eindigen.

- Het postludium van Janácek heeft een krachtig thema dat als een litanie door het hele werk wordt herhaald. Het begint solo in het pedaal waarna grote akkoorden het begeleiden. De toonsoort wisselt en het thema verschijnt in het manuaal eerst in de linkerhand, daarna rechts. Grote akkoorden wisselen het thema af. Dit korte werk is een onderdeel uit de “Festliche Messe” van deze componist.

- Het “Choral Dorien” is een verstild werk in de “dorische” kerktoonsoort. Het geheel ademt een mystieke rust, die de stilte van een lege kathedraal afdwingt

- In tegenstelling tot het vorige werk is “Litanies” een zeer levendig motorische compositie. Net als in het postludium van Janácek herhaalt het thema voortdurend als een Litanie. Krachtige ritmes en akkoorden wisselen elkaar af waarna het werk eindigt in een groots fortissimo.

Gerard Legierse
Gerard Legierse is sinds oktober 2004 als organist verbonden aan de H. Bonifatiuskerk te Rijswijk. Hij is ook in deze kerk dirigent van de Schola Cantorum, het parochieel gemengd koor Gloria Deo en de koorschool. Legierse (1951) kreeg zijn eerste pianolessen van Ton Vijverberg. Hij studeerde daarna aan het Rotterdams Con­ser­vatorium de hoofdvakken orgel en piano respectievelijk bij André Verwoerd en Elly Salomé. In 1977 en 1980 sloot hij deze stu­dies af met het behalen van de beide diploma’s. Vervolgens studeerde Gerard Legierse hoofd­vak koordirectie bij Barend Schuurman in Rotterdam. In 1979 behaalde hij het solistendiploma "met onderscheiding”. In 1989 studeerde hij aan het Conservatoire Natio­nal de Région de Paris interpretatie en improvisatie bij Marie-Louise Jaquet en Jean Langlais. Deze studie sloot Legierse af met ‘Une medaille d'or’. Aan dit Conservatoire behaalde Gerard in 1991 de ‘Prix d'Excellence’. Daarmee behoort hij tot de laatste leerlingen van Jean Langlais. Hij concerteert regelmatig in binnen- en buitenland en verzorgde vele malen orgelbespelingen voor de radio.

Zondagmiddag om 15.00 uur

Bonifatiuskerk aan de Van Vredenburchweg 69 te Rijswijk.

Toegang gratis.

Volgende concert:

Zondag 21 september 2014

Let’s dance

Orgelconcert door Geert Bierling